plaatsgebrek

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  plaatsgebrek    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• plaats·ge·brek

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  plaats zn  en  gebrek zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	plaatsgebrek
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het plaatsgebrek o

1. het hebben van te weinig fysieke ruimte

   • Wegens plaatsgebrek kon er geen vrijliggend fietspad worden gerealiseerd. 

2. het hebben van te weinig plaatsingsmogelijkheden

   ▸ "Er zijn mededelingen gedaan dat hier Syrische gezinnen en alleenstaande mannen zouden komen. Door plaatsgebrek kwamen er ongeveer 100 mannen uit Eritrea, dat heeft de mensen hier verrast", vertelt Teeven in het NOS Radio 1 Journaal. "Als wij zeggen dat er een bepaalde bezetting komt, dan moeten we dat goed communiceren."

   ▸ President Obama stuurt 3000 militairen naar West-Afrika, om te helpen met de bestrijding van ebola. Deze hulp is hard nodig. De weinige klinieken die er zijn, sturen nu doodzieke patiënten naar huis wegens plaatsgebrek.

   ▸ Door plaatsgebrek in de gewone jeugdzorg worden nog steeds kinderen geplaatst in privé-instellingen, ondanks een oproep van minister Rouvoet om dat niet meer te doen. Vorig jaar werden na wantoestanden tientallen jongeren uit deze zorg weggehaald.

Synoniemen

• [1] ruimteprobleem, ruimtegebrek, ruimtetekort

Vertalingen

    1. het hebben van te weinig fysieke ruimte   

Engels: lack of space (en)

    2. het hebben van te weinig plaatsingsmogelijkheden   

Engels: shortage of seats (en)

Gangbaarheid

• Het woord plaatsgebrek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.