pianospeelster
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pi·a·no·speel·ster
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van pianospelen met het achtervoegsel -ster
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pianospeelster | pianospeelsters |
verkleinwoord | pianospeelstertje | pianospeelstertjes |
Zelfstandig naamwoord
de pianospeelster v
- (muziek) (beroep) vrouwelijke pianospeler
Gangbaarheid
- Het woord 'pianospeelster' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.