peripetie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pe·ri·pe·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘onvoorzien geval’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
  • afgeleid van het Griekse 'piptein' (vallen) met het voorvoegsel peri- [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord peripetie peripetieën
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de peripetiev

  1. (toneel) plotselinge omkeer van de handeling in de klassieke tragedie
Vertalingen

Gangbaarheid

20 % van de Nederlanders;
34 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen