patisson
- pa·tis·son
uit het Frans
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | patisson | patisons |
| verkleinwoord |
de patisson m
- (voeding) (plantkunde) Cucurbita pepo
kleine groen witte pompoen
- ▸ 1 gele en 1 groene patisson in partjes gesneden en kort gegaard en bewaard in suikerstroop[1]
- Het woord 'patisson' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "patisson" herkend door:
| 33 % | van de Nederlanders; |
| 24 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑
Weblink bron llo“RECEPT. Rijstebrij met blauwe bessen, zoete patissons en viooltjes” (05/05/2014), De Standaard - ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
