palma

Uit WikiWoordenboek

Oppersorbisch

Zelfstandig naamwoord

palma v

  1. (plantkunde) palm, palmboom

Meer informatie


Pools

Uitspraak
Woordafbreking
  • pal·ma

Zelfstandig naamwoord

palma v

  1. (plantkunde) palm, palmboom
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Meer informatie


Slowaaks

Zelfstandig naamwoord

palma v

  1. (plantkunde) palm, palmboom
Afgeleide begrippen

Meer informatie


Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • pal·ma
enkelvoud meervoud
palma palmas

Zelfstandig naamwoord

palma v

  1. (plantkunde) palm, palmboom
Synoniemen

Werkwoord

vervoeging van
palmar

palma

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van palmar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van palmar

Verwijzingen


Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • pal·ma

Zelfstandig naamwoord

palma v

  1. (plantkunde) palm, palmboom
Verbuiging
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
Verwante begrippen

Meer informatie

Verwijzingen

Zelfstandig naamwoord

palma

  1. genitief enkelvoud van palmo
  2. nominatief meervoud van palmo
  3. accusatief meervoud van palmo
  4. vocatief meervoud van palmo