paalden af
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: paalden af (hulp, bestand)
Woordafbreking
- paal·den af
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afpalen |
paalden (...) af
- meervoud verleden tijd van afpalen
- Wij paalden af.
- Jullie paalden af.
- Zij paalden af.
- Wij paalden af.
Gangbaarheid
- Het woord paalden af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.