oververhitte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- over·ver·hit·te
Bijvoeglijk naamwoord
oververhitte
- verbogen vorm van de stellende trap van oververhit
Werkwoord
vervoeging van |
---|
oververhitten |
oververhitte
- enkelvoud verleden tijd van oververhitten
- Ik oververhitte.
- Jij oververhitte.
- Hij, zij, het oververhitte.
- Ik oververhitte.
- aanvoegende wijs van oververhitten
- verbogen vorm van oververhit, voltooid deelwoord van oververhitten
Gangbaarheid
- Het woord oververhitte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.