Naar inhoud springen

overredingskracht

Uit WikiWoordenboek
  • over·re·dings·kracht
enkelvoud meervoud
naamwoord overredingskracht overredingskrachten
verkleinwoord

deoverredingskrachtv/m

  1. het vermogen om iemand te overtuigen dat iets juist is
    • Maar de overredingskracht van de mediamagnaat bleek groot, want komend seizoen neemt de populaire Brabantse troubadour het stokje over van de succesvolle coach Marco Borsato, die afgelopen vrijdag voor de vierde keer een van zijn pupillen de titel zag veroveren. [1] 
    • Werd hij in de Winterswijkse raadszaal aanvankelijk meewarig aangekeken, volgens het PvdA-raadslid is er inmiddels een kentering ingezet. ,,Je merkt dat de opinie binnen de raad kantelt, maar het kost me wel veel overredingskracht. [2] 
    • ‘Leuk al die verhalen over sigaren in Cuba, maar wanneer kom je een keer bij ons in De Kempen kijken?’ De uitnodiging van mijn oude kameraad Ron en zijn Marjoke om, samen met mijn Vlam, de grote rivieren eens over te steken, vergde niet veel overredingskracht. Want de Nederlandse sigarenindustrie was groot en bloeiend, al is het meeste daarvan helaas in rook opgegaan. [3] 
95 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[4]