overgoot
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- over·goot
Werkwoord
vervoeging van |
---|
overgieten |
overgoot
- enkelvoud verleden tijd van overgieten
- Ik overgoot.
- Jij overgoot.
- Hij, zij, het overgoot.
- Ik overgoot.
Verwante begrippen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
overgieten |
overgoot
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van overgieten
- ... dat ik overgoot.
- ... dat jij overgoot.
- ... dat hij, zij, het overgoot.
- ... dat ik overgoot.