overerf
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- over·erf
Werkwoord
vervoeging van |
---|
overerven |
overerf
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overerven
- ... dat ik overerf.
vervoeging van |
---|
overerven |
overerf
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overerven
- Ik overerf.
- gebiedende wijs van overerven
- Overerf!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overerven
- Overerf je?
Gangbaarheid
- Het woord overerf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.