Naar inhoud springen

overbieden

Uit WikiWoordenboek

(klemtoonhomogram)

  • over·bie·den
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
overbieden
overbood
overboden
klasse 2 volledig

overbíéden

  1. overgankelijk een hoger bod uitbrengen dan een ander.
    • Je bent overboden en daarom gaat het huis naar de andere bieder. 
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
overbieden
bood over
overgeboden
klasse 2 volledig

óverbieden

  1. inergatief opnieuw de bieding zijn beslag laten krijgen.
    • Het spijt me, maar er wordt niet overgeboden.