oriënteerbaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ori·ën·teer·baar
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van oriënteren met het achtervoegsel -baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | oriënteerbaar | oriënteerbaarder | oriënteerbaarst |
verbogen | oriënteerbare | oriënteerbaardere | oriënteerbaarste |
partitief | oriënteerbaars | oriënteerbaarders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
oriënteerbaar
Gangbaarheid
- Het woord oriënteerbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.