opspelende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: opspelende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- op·spe·len·de
Werkwoord
vervoeging van: | opspelen |
opspelende
- verbogen vorm van opspelend, het onvoltooid deelwoord van opspelen
vervoeging van: | opspelen |
verbogen vorm: | opspelendee |
opspelende