opschikje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- op·schik·je
Zelfstandig naamwoord
het opschikje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord opschik
Gangbaarheid
- Het woord opschikje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.