oppermachtig
Uiterlijk
- Geluid: oppermachtig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌɔpərˈmɑxtəx / (4 lettergrepen)
- op·per·mach·tig
- intensief afgeleid van machtig bn met het voorvoegsel opper- of van oppermacht zn met het achtervoegsel -ig [1]
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | oppermachtig | oppermachtiger | oppermachtigst |
| verbogen | oppermachtige | oppermachtigere | oppermachtigste |
| partitief | oppermachtigs | oppermachtigers | - |
oppermachtig
- hoogste macht hebbend
- zeer machtig
- Het woord oppermachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "oppermachtig" herkend door:
| 100 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Intensief in het Nederlands
- Intensivering in het Nederlands
- Voorvoegsel opper- in het Nederlands
- Achtervoegsel -ig in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %