opleidingsprogramma

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·lei·dings·pro·gram·ma
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord opleidingsprogramma opleidingsprogramma's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het opleidingsprogrammao

  1. (onderwijs) al het onderwijs dat iemand ontvangt (om een bepaalde functie te bekleden)
     Opleiding Voormalig Unilever-topman Floris Maljers onthult verder details over het opleidingsprogramma van de prins. Maar ook de verhouding met zijn ouders, zijn periode in het leger en op de universiteit worden gedetailleerd beschreven met medewerking van bekenden, leraren en officieren van diverse krijgsmachtonderdelen.[1]
     Het wetsvoorstel wordt later dit jaar behandeld door de Tweede Kamer. Als die ermee akkoord gaat kan de verkorting ingaan vanaf het schooljaar 2013-2014. Er komt een overgangsperiode waarin mbo-instellingen hun opleidingsprogramma kunnen aanpassen.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Biografie Willem-Alexander: "The making of a king"” (Donderdag 25 februari 2010, 09:26), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Meeste mbo-opleidingen verkort” (Woensdag 28 maart 2012, 10:43), NOS