oplaag
Uiterlijk
- op·laag
- Leenvertaling van Duits Auflage, letterlijk ‘het opgelegde’; gevormd uit op- en laag; daarnaast de bijvorm oplage.[1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | oplaag | oplagen oplages |
| verkleinwoord | oplaagje | oplaagjes |
- (drukkunst) het aantal exemplaren van een drukwerk (bijv. boek, tijdschrift of krant e.d.) dat bij dezelfde publicatiegelegenheid gedrukt wordt
- (drukkunst) ongewijzigde herdruk
- Het woord oplaag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "oplaag" herkend door:
| 58 % | van de Nederlanders; |
| 53 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ oplaag op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 58 %
- Prevalentie Vlaanderen 53 %