oorsieraad

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • oor·sie·raad
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord oorsieraad oorsieraden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het oorsieraado

  1. (kleding) decoratie van de oorschelp, vaak in de vorm van een juweel
     Met een subtiel baardje, een oorsieraad en strak in het pak, zag de 21-jarige Esteban (1.93 meter lang) er verzorgd uit.[2]
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 24 december 2020 Weblink bron
    Erik Oudshoorn
    “Welkom in Holland, dacht debuterende AZ-doelman” (14 februari 2011) op nrc.nl op Wikipedia