oorlogvoerend
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- oor·log·voe·rend
Werkwoord
vervoeging van: | oorlog voeren |
verbogen vorm: | oorlogvoerende |
oorlogvoerend
stellend | |
---|---|
onverbogen | oorlogvoerend |
verbogen | oorlogvoerende |
partitief | oorlogvoerends |
Bijvoeglijk naamwoord
oorlogvoerend
- als land verwikkeld zijnd in een gewapend conflict
- "De Olympische Spelen bieden oorlogvoerende partijen de gelegenheid om eens goed naar de gevolgen van hun vernietigende daden te kijken en om eens na te denken over andere mogelijkheden om conflicten op te lossen", zei Annan. [1]
- De beelden zijn volgens Bosch gemaakt toen de feministe op rondreis was langs alle premiers en ministers van Buitenlandse Zaken van de oorlogvoerende landen. [2]
Synoniemen
Vertalingen
1. als land verwikkeld zijnd in een gewapend conflict
Gangbaarheid
- Het woord oorlogvoerend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Tubantia 24 januari 2006, Kofi Annan roept op tot olympisch bestand
- ↑ Tubantia 11 november 2013 Eerste bewegende beelden van Aletta Jacobs gevonden