Naar inhoud springen

onwaardigheid

Uit WikiWoordenboek
  • on·waar·dig·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord onwaardigheid onwaardigheden
verkleinwoord

deonwaardigheidv

  1. gedrag dat geen respect verdient
     Vronski besefte de grootheid van de ander en zijn eigen onwaardigheid, diens recht en zijn eigen rechteloosheid.[1]
     'Onwaardigheid bestrijden zonder zelf je waardigheid te verliezen' De toespraak van Eberhard van der Laan tijdens de Holocaust-herdenking, werd beantwoord met een applaus. De burgemeester van Amsterdam maakte deze week bekend dat hij ernstig ziek is.[2]
  2. (juridisch) gedrag waardoor men het recht op een erfenis verliest
  1. Anna Karenina” op Wikipedia (1877), G.A. van Oorschot op Wikipedia, ISBN 9789028276062
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 maart 2022 Weblink bron “'Onwaardigheid bestrijden zonder zelf je waardigheid te verliezen'” (29-01-2017), NOS