ontsluiert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ontsluiert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ont·slui·ert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ontsluieren |
ontsluiert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontsluieren
- Jij ontsluiert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontsluieren
- Hij ontsluiert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van ontsluieren
- Ontsluiert!