ongezoet

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·ge·zoet
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen ongezoet
verbogen ongezoete
partitief ongezoets

Bijvoeglijk naamwoord

ongezoet

  1. zonder (extra toegevoegde) zoetstoffen
    • Obatzda heet deze Beierse lekkernij. Verdeel over 4 borden en garneer met wat extra uienringen, bieslook en karwijzaad. Geef er radijs bij. En je schenkt bijvoorbeeld een Geuze Mariage Parfait, een ongezoete, ongefilterde Oude Geuze. Maar dan moet je wel lef hebben.[1] 
    • Zet een kom in een pan kokend water. Smelt in deze kom pure chocolade (minimaal 72 procent). Voeg als de chocolade gesmolten is een scheutje ongezoete en ongeklopte slagroom toe. Laat de chocolade afkoelen en voeg een snufje zout toe.[2] 
    • Een kiwi bevat slechts 57 calorieën en leent zich uitstekend als gezond tussendoortje. Snijd een grote kiwi in plakjes en verdeel dit over een klein bordje. Bestrooi met ongezoete kokos.[3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. de Telegraaf 05 mei 2017
  2. de Telegraaf 29 jan. 2016
  3. de Telegraaf 06 jan. 2016
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be