oneindigheid
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
- on·ein·dig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oneindigheid | oneindigheden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- van een zaak dat ze zonder einde is, dat er geen grens aan is
- Het duurde een oneindigheid voordat de dokter eindelijk eens de patiënt onderzocht.
Synoniemen
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord oneindigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "oneindigheid" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be