onderwijsverleden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- on·der·wijs·ver·le·den
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van onderwijs en verleden
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | onderwijsverleden | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het onderwijsverleden o
- het onderwijs dat men eerder in zijn leven heeft genoten
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'onderwijsverleden' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.