onderwaardeerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·waar·deer·de

Werkwoord

vervoeging van
onderwaarderen

onderwaardeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van onderwaarderen
    • Ik onderwaardeerde. 
    • Jij onderwaardeerde. 
    • Hij, zij, het onderwaardeerde.