ondernemingszin

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·ne·mings·zin
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ondernemingszin
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de ondernemingszinm

  1. de neiging om tot actie over te gaan; de neiging om een onderneming te starten
     Meneer Bucklands ondernemingszin leek mij onschuldig genoeg, maar daar zouden veel mensen verschillend over denken.[2]
     Hotels in Amsterdam krijgen steeds meer concurrentie van particulieren met een logeerkamer. Sites als Air B&B en Wimdu, waar je de appartementen en kamers op kunt aanbieden, zijn de afgelopen jaren pijlsnel gegroeid. Maar niet iedereen is blij met de ondernemingszin van de Amsterdammers.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tracy Chevalier
    “Opmerkelijke Schepsels” (2009), Orlando, ISBN 978949208651-8
  3. Bronlink geraadpleegd op 11 januari 2022 Weblink bron “Particuliere logeerkamers in opmars” (30-07-2012), NOS