onderbezet

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·der·be·zet
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen onderbezet onderbezetter onderbezetst
verbogen onderbezette onderbezettere onderbezetste
partitief onderbezets onderbezetters -

Bijvoeglijk naamwoord

onderbezet [1]

    • De brandweer rukte met honderd man en groot materieel uit en bracht met ladders mensen in veiligheid. Ook kwamen vijftig vrijwillige brandweerlieden in actie. De Duitse brandweervakbond bekritiseerde de inzet van de beroepsbrandweer, die volgens de vakbeweging onderbezet was.[2] 
    • Daar kwam een alarmerende oproep van de Koninklijke Marechaussee bij medio november. Volgens Ton de Zeeuw, voorzitter van de Marechausseevereniging, kunnen terugkerende jihadisten ongemerkt ons land binnenglippen, omdat de dienst zwaar onderbezet is.[3] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tubantia David van der Heeden 4 dec. 2017
  3. Tubantia Kees Graafland 03-DECEMBER-2017
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be