omwolkt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • om·wolkt
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van omwolken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van
omwolken

omwolkt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwolken
    • Jij omwolkt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omwolken
    • Hij omwolkt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van omwolken
    • Omwolkt! 
vervoeging van: omwolken…
verbogen vorm: omwolkte

omwolkt

  1. voltooid deelwoord van omwolken

Gangbaarheid

54 % van de Nederlanders;
55 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be