omstandigheidsverlof

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • om·stan·dig·heids·ver·lof
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord omstandigheidsverlof omstandigheidsverloven
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het omstandigheidsverlofo

  1. (economie) (juridisch) (België) afwezigheid tijdens werktijden waarop de werknemer recht heeft zonder loonverlies, zoals beschreven in het koninklijk besluit van 28 augustus 1963
     Tussen 2006 en 2008 kende omstandigheidsverlof een stijging met 32,2 pct, tijdskrediet met 22,38 pct.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Thematisch verlof in de lift” (08/02/2010), De Standaard