omscheppen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  omscheppen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• om·schep·pen

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  om  en  scheppen 

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
omscheppen	schepte om	omgeschept
zwak -t	volledig	1

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
omscheppen	schiep om	omgeschapen
klasse 7	volledig	2-3

Werkwoord

omscheppen

1. overgankelijk omroeren
2. overgankelijk tot iets anders maken

Vertalingen

    1. omroeren   

Duits: umrühren (de) Engels: stir (en)

Oekraïens: перемішувати (uk) Russisch: перемешивать (ru)

Gangbaarheid

• Het woord omscheppen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.