omgorden
Uiterlijk
- om·gor·den
- samenstelling van om bw en gorden ww
| stamtijd | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
| omgorden |
omgordde |
omgord |
| zwak -d | volledig | |
omgórden
- wederkerend met een gordel omgeven, omringen, omdoen
| stamtijd | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
| omgorden |
gordde om |
omgegord |
| zwak -d | volledig | |
ómgorden
- ditransitief omheen doen
- Hij kreeg daarbij een sjerp omgegord.
- Het woord omgorden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "omgorden" herkend door:
| 55 % | van de Nederlanders; |
| 69 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Isaäc Da Costa- Feestzang ter gelegenheid der viering van het vijftigjarig hoogleeraarsambt van Mr D. J. van Lennep. 19 november 1849
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers
, ISBN 978-90-295-2622-7, p. 13 - ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Klemtoonhomogram in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Wederkerend werkwoord in het Nederlands
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ditransitief werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 55 %
- Prevalentie Vlaanderen 69 %