offender
Uiterlijk
- of·fend·er
- Afleiding van het Engelse werkwoord offend met het voorvoegsel of- en met het achtervoegsel -er.
- Afkomstig van het Latijnse werkwoord offendere (of + fendere).
enkelvoud | meervoud |
---|---|
offender | offenders |
offender
- bekeurde
- (juridisch) dader
- delinquent
- misdadiger
- overtreder(mannelijke vorm)
- overtreedster (vrouwelijke vorm)
- wetsovertreder
- [1]: delinquent