oesjanka

Man die een oesjanka draagt

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  oesjanka    (hulp, bestand)
• IPA: /uˈsʲɑŋka/, /uˈʃɑŋka/

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	oesjanka	oesjanka's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de oesjanka v

1. (hoofddeksel) traditionele Russische bontmuts met oorflappen

   • Het Russische leger stopt met het gebruik van Ruslands bekendste kledingstuk: de bontmuts met oorflappen. De oesjanka, zoals de muts heet, wordt vervangen door een hoofddeksel dat kan worden gedragen in combinatie met een helm en moderne communicatiemiddelen. 
   • ‘Geef hem jouw oesjanka, Ljosja,’ zegt Grisja, en Ljosja doet zijn muts af en zet hem op Michails hoofd. 

Hyperoniemen

• bontmuts, pelsmuts

Vertalingen

    1. muts   

Afrikaans: oesjanka (af) Duits: Uschanka (de) v Engels: ushanka (en) Italiaans: colbacco (it) m

Russisch: ушанка (ru) v, шапка-ушанка (ru) v Spaans: ushanka (es) v, shapka-ushanka (es) v Zweeds: usjanka (sv) g

Gangbaarheid

• Het woord 'oesjanka' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.