ochtendmaalden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- och·tend·maal·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ochtendmalen |
ochtendmaalden
- meervoud verleden tijd van ochtendmalen
- Wij ochtendmaalden.
- Jullie ochtendmaalden.
- Zij ochtendmaalden.
- Wij ochtendmaalden.