observerer

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • ob·ser·ve·rer
Woordherkomst en -opbouw
  • Noorse werkwoordsvorm met het voorvoegsel ob-
Naar frequentie 20821

Werkwoord

observerer

  1. tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van observere


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • ob·ser·ve·rer
Woordherkomst en -opbouw
  • Nynorske werkwoordsvorm met het voorvoegsel ob-

Werkwoord

observerer

  1. tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van observere