nuttiging
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- nut·ti·ging
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van nuttigen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nuttiging | nuttigingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- iets dat met eet of drinkt
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord nuttiging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "nuttiging" herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be