nummering

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

de nummering van de pinnen van een scart aansluiting
Uitspraak
Woordafbreking
  • num·me·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nummering nummeringen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de nummeringv

  1. het geven van volgnummers aan opeenvolgende elementen van een verzameling
    • De nummering van de huizen in een straat is gebaseerd op een aantal regels. De ene kant van de straat heeft de even nummers de andere kant de oneven nummers. Het gedeelte van de straat dat het dichtste bij het centrum ligt heeft de laatste nummers. 
Synoniemen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen