notfiskeren
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- not·vis·ke·ren
Woordherkomst en -opbouw
- Noorse zelfstandignaamwoordsvorm met het achtervoegsel -er
Naar frequentie | zeldzaam |
---|
Zelfstandig naamwoord
notfiskeren
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van notfisker