notariskosten

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • no·ta·ris·kos·ten
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord notariskosten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de notariskostenmv

  1. uitgaven die men doet voor het opstellen van een document door een notaris
     Andere buren zouden wel weg willen, maar kunnen niet om financiële redenen, stelt Van der Poel. Zo hebben sommige woningen een hogere hypotheek dan de huidige taxatiewaarde van de woning. En omdat de regeling vrijwillig is, wordt alleen de waarde van de woning vergoed. Bewoners moeten zelf andere kosten, zoals verhuis- en notariskosten, betalen. Vertrekken is voor Van der Poel zelf daarom geen optie. Samen met buurtbewoners heeft hij een belangenvereniging opgericht om op te komen voor de mensen die net als hij onder de kabels wonen.[1]
     "Je neemt de waarde van het huis en telt daar de notariskosten en onze commissie bij op en je hebt je vraagprijs", legt makelaar Leonard Simpatico uit. "Als we dat bedrag hebben, verkopen we geen loten meer, maar trekt de notaris de winnaar." Hij noemt zijn idee een win-win-situatie. "Je moet met een alternatieve oplossing komen. Een oplossing waar iedereen blij mee is: de verkoper, de winnaar en wij, omdat we onze eigen markt creëren."[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “Mensen die onder hoogspanning wonen, willen er lang niet altijd weg” (Vrijdag 20 april 2018, 19:10), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “Franse villa te koop - voor 10 euro” (Donderdag 19 juli 2012, 20:42), NOS