Naar inhoud springen

nostalgisch

Uit WikiWoordenboek
  • nos·tal·gisch
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen nostalgischnostalgischer
verbogen nostalgischenostalgischere
partitief nostalgischnostalgischers-

nostalgisch [1]

  1. heimwee hebbend naar het verleden
    • In dit winkeltje werden allerlei nostalgische voorwerpen verkocht zoals bijvoorbeeld speelgoed uit de jaren 1950. 
    • De eerste die ik sinds lange tijd sprak, afgezien van de weinige afgemeten woorden die ik aan het begin en het einde van de rit had gewisseld met mijn norse taxichauffeur, was een magere, donkere jongen in het nostalgische rode uniform van een piccolo. [2] 
     In de conformistische dagen van nu is de tentoonstelling meer dan een overzicht van leven en werk van een geliefde Drentse blueszanger. Het is ook de expositie van een voorbij tijdperk. De posters en de platenhoezen verhalen over meer dan over muziek alleen. Ze vertellen over jong en wild zijn, langharig, in spijkerbroek. Over bier, liefde en verdriet. Het maakt nostalgisch. Om de blues van te krijgen.[3]
     Toch blijft de Nationale 7 een mythisch traject, een Franse Route 66, aan een tweede leven begonnen als nostalgische attractie. 'De mensen willen terugkeren naar een gelukkige tijd', zegt Patrick Henriroux (55), patron van tweesterrenrestaurant La Pyramide in Vienne.[4]
97 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[5]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Pfeiffer, Ilja Leonard
    "Grand Hotel Europa" 2018 ISBN 978-90-295-2622-7 pagina 11
  3. Bronlink geraadpleegd op 11 mei 2025 Weblink bron “Window of my eyes: Harry Muskee en de verloren tijd” (zaterdag 16 januari 2016, 13:44), NOS
  4. Bronlink Weblink bron
    Peter Giesen
    “Route Nationale 7, leuker dan de Route du Soleil” (30 juli 2014), de Volkskrant
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be