normering
Uiterlijk
- nor·me·ring
- Naamwoord van handeling van normeren met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | normering | normeringen |
verkleinwoord | normerinkje | normerinkjes |
de normering v
- het normeren
- maatstaf
- Het woord normering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "normering" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be