noordkromp
Uiterlijk
- Geluid: noordkromp (hulp, bestand)
- IPA: /ˈnoːrtkrɔmp/
- noord·kromp
- samenstelling van noord en kromp
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | noordkromp | noordkrompen |
verkleinwoord | noordkrompje | noordkrompjes |
de noordkromp m
- (tweekleppigen) bepaalde soort in zee levend schelpdier, Arctica islandica , uit de familie van de krompen
1. bepaalde soort in zee levend schelpdier, Arctica islandica
- Het woord 'noordkromp' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Tweekleppigen in het Nederlands
- Weekdieren in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal