noordelijke gestreepte buidelmarter
Uiterlijk
- (IPA in voorbereiding)
- noor·de·lij·ke ge·streep·te bui·del·mar·ter
- verbinding van noordelijke, gestreepte en buidelmarter
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | noordelijke gestreepte buidelmarter | noordelijke gestreepte buidelmarters |
verkleinwoord | noordelijk gestreept buidelmartertje | noordelijke gestreepte buidelmartertjes |
de noordelijke gestreepte buidelmarter m
- (buideldieren) Myoictis melas De noordelijke gestreepte buidelmarter of gestreepte buidelmarter (Myoictis melas) is een gestreepte buidelmarter die voorkomt in het noorden van Nieuw-Guinea en op de nabijgelegen eilanden Salawati, Japen en Waigeo. Anders dan andere soorten van het geslacht heeft dit dier een dichtbehaarde staart met een pluim aan de bovenkant. De vachtkleur is zeer variabel. Behalve bij (vaak voorkomende) melanistische exemplaren zitten er altijd drie zwarte strepen op de rug. De vacht daartussen is meestal wit of rood. Bij de oren en achter in de nek zit vaak een rode vlek. De kop-romplengte bedraagt 189 tot 240 mm, de achtervoetlengte 33,0 tot 44,0 mm en het gewicht 172 tot 255 gram. Vrouwtjes hebben 6 mammae
- Het woord 'noordelijke gestreepte buidelmarter' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.