bedreiging

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·drei·ging
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bedreiging bedreigingen
verkleinwoord bedreiginkje bedreiginkjes

Zelfstandig naamwoord

de bedreigingv

  1. (juridisch) een mogelijk gevaar
    • Een bedreiging voor het milieu. 
     Ik concludeerde dat mijn actie wellicht een soort bedreiging vormde voor hun eigen bestaan. Aanval is dan soms de beste verdediging.[1]
     Rusland is niet te spreken over de plannen en zegt dat die een bedreiging vormen voor de Russen. De uitbreiding van het militaire bondgenootschap maakt Europa en de wereld zeker niet veiliger, stelt een woordvoerder van het Kremlin.[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 10 mei 2022 Weblink bron “Finse politieke leiders willen toetreden tot de NAVO, Rusland ziet dreiging” (12 mei 2022), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be