Naar inhoud springen

nieuw

Uit WikiWoordenboek
  • nieuw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen nieuwnieuwernieuwst
verbogen nieuwenieuwerenieuwste
partitief nieuwsnieuwers-

nieuw

  1. recentelijk gemaakt; nog niet eerder aanwezig
    • Dat is het nieuwe huis dat gisteren pas afgerond is. 
     Ik was blij dat ik ook mijn ijsbijl bij me had waarmee ik me, indien nodig, kon zekeren en een nieuw spoor door de sneeuw kon maken.[2]
     De ontwikkelingen gaan hard en dat betekent dat de Europese auto-industrie het de komende jaren nog knap lastig kan krijgen. "Een Duits autobedrijf doet er ongeveer vijf tot zeven jaar over om een nieuw automodel te ontwikkelen. Sommige Chinese merken doen het in minder dan een jaar", zegt Van Dillen.[3]
  2. recentelijk ontdekt
    • Dit is een nieuwe diersoort. 
  3. huidige
    • Ik heb een nieuwe fiets, want de vorige is kapot. 
     `Ik weet het; zei de majordomus. 'Het was ijdele hoop dat dit u zou ontgaan. Ik vraag u met klem de grootmoedigheid op te brengen om mijn nederige excuses te aanvaarden. Deze uit de toon vallende decoratie is het jammerlijke gevolg van het enthousiasme van de nieuwe eigenaar.'[4]
  4. onderscheidt nieuwere namen van oudere
    • Nieuw-Amsterdam. 
  5. in originele staat, nog niet eerder gebruikt
    • Koop je een nieuwe of een tweedehands? 
  6. vreemd, onbekend
    • Dat idee is tamelijk nieuw voor mij. 
  7. recentelijk aangekomen of opgedoken
    • Dat is de nieuwe medewerker. 
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[5]
  1. "nieuw" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 24 april 2025 Weblink bron
    Aïda Brands
    “Chinese elektrische auto's booming in Europa ondanks heffingen” (24 april 2025), NOS
  4. “Grand Hotel Europa” (2018), De Arbeiderspers op Wikipedia, ISBN 978-90-295-2622-7, p. 16
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be