nevelsliert

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ne·vel·sliert
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nevelsliert nevelslierten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de nevelsliertm

  1. (meteorologie) flard van mist; sliert van nevel
    • Verhoefs beschrijving van Eva’s in nevelslierten gehulde dagenlange verblijf op dit ellendige landgoed is uitmuntend en zou de opmaat kunnen zijn voor een zwart psychologisch drama à la Rendell, zeker nadat de boeren in de omgeving zich met Eva’s verblijf bemoeien. [1] 
    • Tussen de nevelslierten door is het terras zichtbaar en daarachter het gazon, dat nog niet echt een gazon is; hij heeft deze week pas gras gezaaid. Verspilde moeite: overal in de tuin zijn molshopen verschenen. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

76 % van de Nederlanders;
76 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. NRC Robert Gooijer 17 september 2010 Franse hel op het platteland
  2. NRC 24 augustus 2017 Winnaar Lowlands-schrijfwedstrijd: Beestjes
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be