neuer
Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- neu·er
Bijvoeglijk naamwoord
neuer
- onbepaald (zonder lidwoord) nominatief mannelijk enkelvoud stellende trap van neu
neuer
neuer
neuer
Bijvoeglijk naamwoord
neuer
- onbepaald nominatief mannelijk enkelvoud stellende trap van neu
Bijvoeglijk naamwoord
neuer
- vergrotende trap van neu