netwantsen

Nederlands

Corythucha ciliata (Plataannetwants)

Uitspraak

• Geluid:  netwantsen    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• net·want·sen

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  net zn  en  wantsen zn 
•  netwants zn  met de uitgang -en

	enkelvoud	meervoud
naamwoord		netwantsen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de netwantsen mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord netwants
2. meervoudsvorm als officiële benaming (halfvleugeligen) Tingidae  een familie uit de orde der halfvleugeligen (Hemiptera). De familie werd voor het eerst wetenschappelijk beschreven door Francis de Laporte de Castelnau in 1832 en kent wereldwijd ongeveer 2000 soorten

Hyperoniemen

• [2] wantsen, halfvleugeligen, insecten, zespotigen, geleedpotigen, dieren

Hyponiemen (in taxonomische zin)

• [2] bijvoetnetwants, bodemnetwants, bosranknetwants, graslandmosnetwants, grote mosnetwants, heidemosnetwants, kleine mosnetwants, klimopnetwants, rotsheidenetwants, russennetwants, sierlijke mosnetwants, slangenkruidnetwants, smeerwortelnetwants, speerdistelnetwants, wolfsmelknetwants

Gangbaarheid

• Het woord 'netwantsen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.