netnummer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- net·num·mer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van net en nummer
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | netnummer | netnummers |
verkleinwoord | netnummertje | netnummertjes |
Zelfstandig naamwoord
netnummer o
- (telecommunicatie) nummer van een bepaald regionaal telefoonnet, deel van het nationale net. Alle telefoonnummers in een zelfde regio hebben hetzelfde netnummer
- het netnummer van Amsterdam is 020, inclusief het landnummer wordt dit 003120
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord netnummer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "netnummer" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be