nesterig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- nes·te·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | nesterig | nesteriger | nesterigst |
verbogen | nesterige | nesterigere | nesterigste |
partitief | nesterigs | nesterigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
nesterig
- van een meisje dat ze zich op een nuffige manier aanstelt
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord nesterig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "nesterig" herkend door:
62 % | van de Nederlanders; |
59 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be